De Setas en de kathedraal: wandelen van modern naar oud Sevilla

El Arenal

Dat mijn jongste zich niet lekker voelt, is een fenomeen dat zich in het voorjaar in Londen ook al voordeed. De indrukken lijken hem na een paar dagen wat teveel te worden. Of misschien was het gisteren gewoon te warm in Cordoba.

Maar goed, ik ga dus alleen op pad.

Eerst haal ik mijn ontbijt. Want het is hier in de ochtend zo heerlijk om over straat te lopen.

We zitten in de wijk El Arenal. Vol met kleurrijke huizen en gebouwen. En in de ochtend is het hier nog lekker fris.

Na het ontbijt loop ik vanuit ons appartement eerst naar de dichtbij gelegen Puenta de Triana. De brug die de rivier oversteekt. De Guadalquivir.

Guadalquivir en Triana

Deze rivier is de levensader van deze stad. Waarmee Sevilla ooit goed verbonden was met de zee. Om van hieruit naar de Amerika’s te varen.

Het is een rivier van waar ik de naam eigenlijk nog nooit gehoord had. Terwijl het een lange rivier is. Die diep Andalusië insteekt. En bijvoorbeeld ook door Cordoba stroomt. Langs die Puente Romano in deze stad.

Vroeger was de rivier verlegt tot in het hart van de stad. En was er een haven vlakbij het Real Alcázar. En alle fonteinen in de stad worden ondergronds ook nog steeds door de rivier voorzien van water. Via het vernuftige systeem van de Moren.

Triana is de wijk die hier aan de overkant van het centrum ligt. Het was ooit een dorpje. Dat is opgeslokt door de stad. Veel reisgidsen geven er hoog van op. Ik vind het niet zo heel indrukwekkend.

Waar je hier wel voor terecht kan, is voor de Flamengo. Hier aan de overkant van de Guadalquivir heeft deze traditie diepe wortels.

Intermezzo: Museo de Bellas Artes de Sevilla

Voordat ik vanaf de Puenta de Triana naar de Setas en de kathedraal loop, wil ik je eerst nog even wat meer vertellen over wat hier nog meer in de buurt ligt.

Boven de wijk El Arenal en ten westen van de wijk Alfalfa waar ik hierna meer over vertel, ligt de wijk Museo. Ingeklemd tussen de Calle de Los Reyes Católicos, de Guadalquivir en de Calle Bailén.

De naam zegt het al: hier liggen musea. En vooral het museum van de schone kunsten van Sevilla. Na ons bezoek aan de Real Alcazar ben ik daar in de middag nog naartoe gelopen. Vanzelfsprekend ook in mijn eentje, want mijn jongste had het toen ook wel gezien voor die dag 😉

Een bezoek aan dit museum is heel goed te combineren met de rest van deze wandeling!

Mudejar

Het museum is ondergebracht in een oud, gotisch paleis dat later dienst deed als klooster. Met dezelfde Mudejar-stijlelementen die we hier overal in Sevilla zien. Lees over deze mudejar-stijl meer in mijn blog over de Real Alcazar via de link!

De entree van het museum is in barokke stijl en draagt daardoor bij aan de enorme versmelting van bouwstijlen. Wanneer ik doorloop naar de typisch, Moorse binnentuin, voel ik mij opeens weer terug in het Real Alcazar.

In dit geval zijn de mooie Mudejar-elementen, zoals het keramiek best wat verwaarloosd. Dat is in de binnentuin goed te zien. Het heeft daardoor een wat melancholieke uitstraling.

Kapel

Op de begane grond is de collectie van oude meesters uit Spanje gehuisvest. En voor een deel zit dit in de kerk of kapel van het klooster dat hier zat. Dat geeft een bijzondere sfeer aan de werken die hier hangen.

En het voelt ook een beetje alsof ik in de Mezquita van Cordoba loop. Hier is in een Moors paleis een kapel ontstaan en dat geeft een bijzonder effect. Minder overweldigend dan die Mezquita, maar toch.

Ik vind deze oude meesters vaak wat minder interessant, dus ik laat mij vooral meeslepen in de bijzondere mix van architectuur.

Impressionisme

Op de eerste verdieping word ik meer op mijn wenken bediend. Daar worden werken getoond van meesters uit Sevilla die eind 19e en begin 20e eeuw actief waren. Veelal vroeg of laat impressionistisch van aard.

En dan zien we ook een stuk van de historie van deze stad. Zoals met het werk Las Cigarreras van de schilder Bilbao.

Daarop is te zien hoe hier sigaren werden gemaakt door de vrouwen. Wat de inspiratie vormde voor de opera Carmen van George Bizet. Waarover ik al meer heb verteld in mijn blog over de Plaza de España en omgeving.

Ook verder zijn er mooie werken te zien over het leven en de mensen uit die tijd.

Door de mix van bouwstijlen en schilderstijlen is dit museum een bezoek zeker waard!

Setas de Sevilla

Ik loop op deze wandeling langs de Setas en de kathedraal via de Calle de San Pablo en de Calle O’Donnel recht door de gezellige wijk Alfalfa heen. Zo kom ik op de brede Calle de Martin Villa. Die mij bij het moderne wonder brengt dat Setas de Sevilla heet.

Een paar gigantische met elkaar verbonden houten paddestoelen of parasols. Een soort modern monument dat hier is neergezet om de verbinding te leggen met oude, Romeinse opgravingen die hier werden gedaan en de moderne ontwerpstijlen.

De paddestoelen zijn ook een verwijzing naar de waringinbomen die hier overal door de stad staan en waarover ik het in mijn blog over de Parque de Maria Luisa ook had.

Feeling Sevilla

Om bovenop de parasols te mogen lopen, heb ik een kaartje nodig. Die ook toegang geeft tot het 4XD-verhaal over Sevilla.

Feeling Sevilla heet dat. Een soort 3d film met wat wind en gedraai die een mooi overzicht geeft van deze stad.

Houten bomen

Daarna kunnen we over de houten bomen heenlopen. De zon brandt wederom hard. En gelukkig staan er paraplu’s aan het begin van de wandeling over de vormen heen.

De wandeling is erg de moeite waard. Ik kan hier Sevilla naar alle kanten bekijken. En het geeft ook een mooi uitzicht op het historische centrum.

Alfalfa

Ik loop nog even door de mercado heen die hieronder het gebouw ligt. Om bij de Sala Antiquarium te komen. De zaal waarin de opgravingen die hier zijn gedaan, zijn uitgestald. Helaas is die zaal op maandag dicht.

Tegelijkertijd is het te warm om hier lang te blijven hangen.

k loop daarom via het Plaza de la Encarnacion, Alfalfa weer in. En loop verder door de Calle de Puente Y Pellon. Een gezellig drukke winkelstraat. Die met een draai uitkomt op het mooie Plaza del Pan. Tussen de Setas en de kathedraal.

Calle Francos

We steken bij de volgende drukke straat de Calle Francos schuin in. Waar de winkels langzamerhand plaats maken voor restaurants.

Het oude centrum is weer in zicht. En daar moet ik ook naartoe. Ik heb gelukkig voor vandaag nog kaartjes kunnen regelen bij de Kathedraal van Sevilla. Wat mij eerder deze week nog niet was gelukt…

Catedral de Santa María de la Sede

Setas en de kathedraal van Sevilla: La Giralda

Het is ook zo groot dat je het nergens lekker op de foto krijgt.

Net als in Cordoba stond op deze plaats ooit een grote moskee. Die in dit geval voor een groot deel is verwijderd.

Alleen die Moorse toren, die nu de Giralda heet, is blijven staan. Die heet overigens zo, omdat er een gigantische windvaan van 4 meter bovenop de toren draait. Die ‘Het geloof’ moet symboliseren. Giralda dus.

Ook de open voorhof, de Patio de los Naranjos, de binnenplaats van de sinaasappels, is een overblijfsel uit deze tijd.

Groot!

Doordat de kathedraal aan de buitenkant niet echt lekker in één keer te bekijken is, valt aan de binnenkant de enorme grootte pas echt op.

Ik kom een beetje vanaf de zijkant binnen. En de ogen worden meteen omhoog getrokken naar die hoge pilaren. Die de viering en het koor overspannen.

Dat zijn ook meteen de meest hooggotische onderdelen. Met ribgewelven die enorm versiert zijn, met zowel kruisbogen als cirkels. Iets wat typisch is voor de Spaanse gotiek en meer naar het noorden van Europa veel minder voorkomt.

Schip

Helemaal achterin het schip is de grootte pas echt goed te bevatten.

Door de typische, Spaanse afsluiting van het koor met daarachter ook nog het gescheiden altaar wordt dit effect nog versterkt.

Viering

Vooraan bij de viering is het uitzicht het mooist. Het koor is prachtig bewerkt. Zowel de banken als het plafond. En ook de beide orgels zijn van buitengewoon bijzonder houtsnijwerk.

Altaar

Het altaar is misschien wel het allermooiste van deze kathedraal. En dat zeg ik niet zo snel over een altaar.

Het retabel (altaarscherm) is van verguld houtsnijwerk en bevat 45 afbeeldingen uit het leven van Jezus en Maria. Met een afbeelding in het midden van Maria zelf. Aan wie de kathedraal is opgedragen.

Verguld

Na het altaar te hebben bekeken, gaan mijn ogen weer naar boven. Naar dat bijzonder gebeeldhouwde plafond. En dan weer verder naar beneden richting het koorgestoelte. En dan weer omhoog naar die orgels.

Verderop boven het koor is nog net te zien dat een groot deel van het gewelf van het schip verguld is. Dat is helaas door de opstelling van de lampen wat minder goed te zien.

Columbus

Ik zwerf verder nog wat door de kathedraal heen. Het is eigenlijk te groot om alles in één keer goed op te nemen.

Het grafmonument van Columbus weet ik nog wel te alloceren. De man met wie de grote welvaart van deze stad begon. En waardoor deze stad hier ook de grootste kathedraal ter wereld van die tijd kon bouwen.

La Giralda

Helaas heb ik geen kaartjes kunnen bemachtigen om in de Giralda omhoog te lopen. En deze Moorse, Almohadaanse constructie van dichtbij te kunnen bekijken.

Daar staat overigens ook een flinke rij voor. Dus met alle warmte vind ik het ook niet zo erg. En ik wil eigenlijk ook wel weer terug naar ons appartement om even bij mijn zoon te zijn.

Puerta del Perdon

In de Patio van de sinaasappels blik ik nog even op de zijkant van het gigantische bouwwerk. En naar de mooie Giralda en ook de Puerta del Perdon.

De poort naar deze patio die ook is overgebleven uit de Moorse tijd.

Het is veel allemaal.

Pepe Hillo

Op de terugweg vanaf de kathedraal houd ik in de wijk El Arenal wat oostelijk aan. Via de Calle de Garcia de Vinuesa en de Calle Adriano.

Hier ligt de oude stierenvechtarena achter de huizen verborgen. Daar tegenover ga ik lekker zitten bij Pepe Hillo. Een echte, Spaanse tapasbar. Met vriendelijke bediening en waar geen mens Engels praat.

Ik geniet nog even van deze couleur locale, voordat ik de airco van ons appartement en mijn zoon weer op zoek. Om morgenochtend het vliegtuig terug te nemen.

Wat heb ik genoten van Sevilla!

Praktische informatie over de Setas en de kathedraal van Sevilla

Openbaar vervoer in Sevilla

Er gaat een tramlijn vanaf het Plaza Nueva dwarsdoor het centrum langs de kathedraal naar de Prado de San Sebastian (bij het Plaza de Espana). Het eindstation van deze tram is Eduardo Dato. Vanaf daar kan je lopen naar Santa Justa. Het centraal station van Sevilla. Dat is dan nog maar een kleine 10 minuten.

Daarnaast is er één metrolijn die zuidwest Sevilla met zuidoost verbindt via het centrum. Niet echt heel bruikbaar voor toeristen.

Vanaf het vliegveld gaan er bussen die op verschillende plekken stoppen in het centrum. Met als eindstation Plaza de Armas. Wij hebben dat op de heenweg gedaan, maar op de terugweg hebben we een Über genomen. Dat gaat toch allemaal wat sneller en kost ook niet de wereld.

Verplaatsen in het centrum zelf doe je verder vooral lopend. Fietsen of steps zijn er niet veel. En het is er eigenlijk ook gewoon te warm voor…

De Setas en de kathedraal: de route van deze blog

Op de interactieve kaart hieronder, vind je de route die we hebben gelopen. De letters lopen op. En de letters na de route betreffen de restaurants en hotels/appartementen die ik daaronder tip.

Museo de Bellas Artes de Sevilla

Meer informatie over het Museo de Bellas Artes vind je via de link!

Setas

Over de Setas de Sevilla vind je via de link ook meer informatie. Let op dat de Sala Antiquarium andere openingstijden heeft. Het had open moeten zijn toen ik er was, maar was het niet. In principe is het alleen op maandag gesloten.

Kathedraal

Let op dat je voor de kathedraal en zeker voor de beklimming van de Giralda flink van tevoren moet reserveren. Klik op de link voor meer informatie.

Uit eten in Sevilla

Aan het einde van deze wandeling heb ik dus gegeten bij Pepe Hillo (K). Echt een leuke, traditionele tapasbar.

We hebben eerder in de buurt van de kathedraal in de Calle Francos ook gegeten bij El Pinton (L). Een erg leuk en wat trendy restaurant. In de buurt van de Setas en de kathedraal.

Ook in El Arenal ligt Torres y Garcia (M). Wij hebben hier op onze eerste avond erg lekker gegeten. Een goede keuken met van alles wat. En erg vriendelijke bediening.

In mijn andere blogs over Sevilla geef ik nog andere tips!

De letters bij de restaurants staan op de interactieve kaart hierboven!

Appartement in Sevilla

Ik vind het zelf altijd fijn om in een appartement te zitten tijdens een citytrip. Dan kan je ’s avonds ook nog eens ’thuis’ eten. Of heb je gewoon wat meer ontspanningsmogelijkheden.

Wij zaten in een appartement op de grens van de wijken Alfalfa en El Arenal. In een rustige straat. Op goede loopafstand van de Real Alcazar. Het appartement heet Magno Apartments Almansa. Nummer N op bovenstaand kaartje. Deze organisatie heeft meerdere appartementen door Sevilla heen.

Dit appartement was luxe, met goede en stille airco en van alle gemakken voorzien.

Hotels in Sevilla

Hotel Fernando III (O) is een mooi en erg comfortabel hotel op een mooie locatie. Hier hebben vrienden van ons gezeten en waren hier heel tevreden over.

Het hotel heeft ook een zwembad. Dus dat is ook een pré. Bovendien ook nog op het dak met uitzicht! Het ligt in wijk La Juderia tegen Santa Cruz aan. Kortom echt een aanrader!

Wil je even gek doen, ga dan in het prachtige Hotel Alfonso (P). Dat zit in een schitterend oud gebouw vlakbij de kathedraal. Met luxe kamers.

Informatie over de Setas en de kathedraal en Sevilla

Hieronder vind je een paar handige links naar nog meer informatie over Sevilla.